fbpx

Interview Peter Bellens (Antwerpen)

Voluit gaan tot de laatste dag

Een erg oncomfortabele spreidstand, zo noemt gedeputeerde Peter Bellens de positie waarin hij vandaag beleid moet voeren op vlak van welzijn en gezondheid in de provincie Antwerpen. In 2017 wordt deze provinciale bevoegdheid overgeheveld naar het Vlaamse niveau. “We steken vandaag allemaal een tandje bij. De transitie slorpt veel energie, tijd en mankracht op. Maar tot op de laatste dag zullen we onze dienstverlening naar lokale besturen, instellingen en organisaties op een zeer hoog niveau houden,” besluit hij vastberaden. Bellens vertelt vol trots waar zijn provincie vandaag nog het verschil maakt in de welzijns- en gezondheidssector.

Door onze verouderende bevolking zal de vraag naar een goede zorg de komende jaren alleen maar toenemen en zal het tekort in het aanbod nog nijpender worden. Het is nu al zo dat lang niet iedereen de weg vindt naar een huisarts, woonzorgcentrum, kinesist, tandarts of lokaal dienstencentrum. Die uitdaging zal in de toekomst dus nog groter worden.

De provincie Antwerpen neemt haar verantwoordelijkheid door strategische samenwerkingen mogelijk te maken, vernieuwende initiatieven te stimuleren en voluit te gaan voor een geïntegreerde zorgverlening.

“We streven ernaar dat elke burger, en zeker wie uit een kwetsbaar milieu komt, in de toekomst vlotter een eerste aanspreekpunt vindt in de gezondheidszorg. Door onze bovenlokale werking kunnen we samenwerking stimuleren tussen huisartsen, verenigingen waar armen het woord nemen, mutualiteiten, palliatieve netwerken, thuiszorgdiensten, enzovoort. Met onze impulssubsidies moedigen we hen aan om samen een eerstelijnszorg uit te bouwen,” concretiseert Peter Bellens.

Gezondheidszorg toegankelijker maken voor iedereen

Een mooi voorbeeld is TEJO (ThErapeuten voor JOngeren). Met financiële en logistieke hulp van de provincie bieden vrijwillige therapeuten gratis en anoniem hulp aan jongeren met dringende psychologische problemen.

“Op die manier kunnen jongeren in een vroeg stadium geholpen worden en voorkomen we dat de situatie escaleert,” klinkt Bellens enthousiast. “Het succes van TEJO in Antwerpen heeft ons doen besluiten om dit initiatief ook op te starten in Mechelen, Turnhout en Lier. Ik vind het belangrijk dat élke jongere in zijn eigen streek gebruik kan maken van deze dienstverlening.”

Op een gelijkaardige manier zet de provincie in op toegankelijke tandzorgpreventie met het project “Laat je tanden zien”, waarin tandartsen vrijwillig deelnemen aan een preventietraject voor mensen in kansarmoede.

Vanuit dezelfde ambitie maakt de provincie Antwerpen middelen vrij om wijkgezondheidscentra (WGC) op te starten. Zo’n WGC is een multidisciplinaire eerstelijnspraktijk waar zorgverleners uit verschillende disciplines (huisartsen, kinesisten of verpleegkundigen) onder één dak samenwerken. Ook logopedisten, psychologen en andere paramedische disciplines kunnen deel uitmaken van dit team. Iemand die is ingeschreven bij een WGC betaalt geen persoonlijke bijdrage, ongeacht de frequentie waarmee hij of zij beroep doet op dit team “Door met een forfaitair systeem te werken, verdwijnt de financiële drempel voor de patiënten. Een voordeel van de multidisciplinaire aanpak is bovendien dat allerlei omwegen vermeden worden.

De provincie ondersteunt ook de nieuwe postacademische opleiding aan de Universiteit Antwerpen voor verpleegkundigen in de huisartsenpraktijk.

“Hiermee spelen we in op het tekort aan huisartsen,” aldus Bellens.“Goed opgeleide praktijkassistenten en verpleegkundigen kunnen de huisartsen ontlasten door het behandelingsplan van de patiënten op te volgen. Hierdoor krijgt de huisarts ruimte om meer patiënten te ontvangen mét kwaliteitsvolle begeleiding, ” verduidelijkt Bellens.

Impulsen voor vernieuwende projecten en zorginnovatie

Het mooiste wat er kan gebeuren is dat zo’n provinciaal experiment uitgroeit tot algemeen beleid. Dat gebeurt bijvoorbeeld met het CO3-project oftewel de CliëntCentraleOrganisatie, een traject dat zich focust op intrafamiliaal geweld. Hierbij werken hulpverleners, politie, justitie en lokale besturen samen aan de begeleiding van slachtoffers en daders. Dit voorjaar openen we in Antwerpen in een nauwe samenwerking met het stadsbestuur het eerste Family Justice Center van het land, waarbij al deze diensten onder één dak zullen zitten. Dat model zal daarna in heel Vlaanderen worden uitgerold.

“We zijn echt overtuigd van het economische belang van de welzijnssector in onze provincie,” gaat de gedeputeerde verder. “Met onze subsidies stimuleren we zoveel mogelijk de samenwerking tussen gemeentebesturen, kennisinstellingen, bedrijven en andere partners. Bovendien zijn we co-financier bij een heleboel Vlaamse en Europese projecten rond innovatie in de welzijnssector zoals de Kempense zorgproeftuin Licalab, waar bedrijven kunnen experimenteren met nieuwe diensten of technologieën in rechtstreeks contact met de gebruikers.”

Inspireren om te kiezen voor een zorgberoep

In de komende jaren zullen we alleen maar meer zorgverleners nodig hebben. Het project Zorgtalent speelt daar op in. Hierin bundelt de provincie Antwerpen kennis, ervaring en inspanningen met de VDAB en de stad Antwerpen om meer werknemers naar de zorgsector te leiden.

“We promoten de sector als interessante werkgever, trekken meer studenten aan voor de verschillende opleidingen en stemmen de keuze van de opleiding beter af op de competenties van de student. Daarbij focust Zorgtalent ook op laagdrempelige jobs voor kansengroepen. Zo pakken we tegelijk de toekomstige zorgnoden en de werkloosheid aan.”, gaat Bellens verder.

Zorgtalent organiseert een jaarlijkse Zorgbeurs waarop de bezoekers rechtstreeks kennismaken met verschillende opleidingen en zorgberoepen. Op 18 oktober vindt de vijfde editie in de Warande in Turnhout plaats.

De gedeputeerde is zichtbaar trots op zijn provinciale dienst Welzijn en Gezondheid en eindigt met een oproep aan de Vlaamse regering : “Als provincie hebben we de laatste jaren bewezen dat we in staat zijn om met onze expertise, netwerken en impulssubsidies een verschil te maken in de welzijns- en zorgsector. Ik hoop dat de Vlaamse overheid zich hiervan bewust is en dat ze in de toekomst blijft investeren in mensen en middelen en het aandurft om proeftuinen op te blijven zetten om zo ons provinciaal beleid op Vlaams niveau verder te zetten.”

Deel dit bericht