Hoe voetproblemen voorkomen als diabeet
- Loop nooit op blote voeten.
- Bescherm uw voeten door het dragen van ruime lederen schoenen met de juiste pasvorm.
- Draag wollen kousen of sokken zonder harde naden, die niet knellen.
- Inspecteer dagelijks uw voeten, ook de onderkant, desnoods met een spiegel. Let daarbij op huidletsels, verkleuringen, kloofjes, wondjes tussen de tenen; deze moet u onmiddellijk laten behandelen.
- Maak niet te lange wandelingen, dit om blaren te voorkomen. Controleer uw voeten na elke wandeling.
- Maak zelf geen gebruik van scheermesjes, naalden, raspen, om uw eelt of likdoorn te verwijderen. Raadpleeg altijd uw medische pedicure.
- Controleer uw schoenen vooraleer u ze aantrekt. Ga daarvoor met de hand in de schoen en voel op eventuele oneffenheden, steentjes.
- Was dagelijks uw voeten met lauw water. Controleer de temperatuur met uw hand of elleboog.
- Droog uw voeten goed af, vooral tussen de tenen!
- Knip de nagels recht af en zeker niet te kort. Gebruik daarvoor het liefst een schaar met een rond punt om de kans op wondjes te vermijden.
- Wanneer u schoenen gaat kopen, doet u dit best op het eind van de dag (voet is dan meest gezwollen) en met sokken die goed aangepast zijn aan je voeten.
- Een goede schoen is soepel, licht in gewicht en bestaat uit leder. De schoen heeft liefst veters omdat ze de hiel goed op hun plaats houden. De schoen mag niet knellen rond de middenvoet maar mag ook niet te ruim zitten.